Sterke stijging energiearmoede in 2024 door vervallen toeslagen en prijsplafond

29 jul , 13:07 Nieuws
geld toeslagen belastingen pixabay
Pexels

In 2024 hadden naar schatting 510.000 Nederlandse huishoudens te maken met energiearmoede. Dat blijkt uit voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en onderzoeksinstituut TNO, aldus consumentenprogramma Kassa. Het aantal huishoudens in energiearmoede steeg van 4 procent in 2023 naar 6,1 procent in 2024 – een toename van bijna 180.000 huishoudens.

Vooral alleenstaanden en minima zwaar getroffen

Energiearmoede treft vooral alleenstaanden die leven van een pensioen of een uitkering. Deze huishoudens hebben een laag inkomen én kampen met hoge energiekosten, mede doordat hun woningen vaak slecht geïsoleerd zijn. Hierdoor besteden zij een relatief groot deel van hun inkomen aan energie: gemiddeld bijna 12 procent in 2024, tegenover 7,5 procent een jaar eerder.

Steunmaatregelen verdwenen, kosten gestegen

De toename is volgens CBS en TNO vooral het gevolg van het wegvallen van overheidsmaatregelen. In 2022 en 2023 konden huishoudens rekenen op een energietoeslag van zo'n 1300 euro per jaar. Ook gold er in 2023 een prijsplafond op gas en stroom. Beide steunmaatregelen vervielen in 2024, waardoor energiekosten aanzienlijk zijn gestegen terwijl inkomens niet in gelijke mate meestegen.

Betere woningen, maar nog geen structurele oplossing

Opvallend is dat het aantal huishoudens in energiearmoede nog altijd lager ligt dan in 2019, toen het ging om circa 682.000 huishoudens. CBS en TNO schrijven dit toe aan verbeterde woningisolatie, bewuster energiegebruik en gestegen inkomens. Toch is er nog veel werk te doen, benadrukt TNO-onderzoeker Anika Batenburg. “Een deel van de energiearmoede kan worden opgelost door woningen te verduurzamen. Voor wie dan nog in de knel zit, is aanvullend inkomensbeleid nodig.”

Meer informatie en hulp

Voor huishoudens die thuis willen besparen op energie zijn er verschillende platforms beschikbaar:

Het rapport van CBS en TNO maakt duidelijk dat energiearmoede opnieuw een groeiend maatschappelijk probleem is, waarbij beleid en verduurzaming hand in hand moeten gaan.